Dresscodes
Dress (gekleed)
Formele kleding.
Een pak met das (eventueel met vest) of een combinatie: jasje en broek met das.
Casual (sportief)
Tegenwoordig is veel toegestaan op kledinggebied. Zelfs de formelere beroepsgroepen kunnen zich tegenwoordig op vrijdag in een casual outfit vertonen op het werk. Maar was is “casual” nu eigenlijk? Casual betekent letterlijk: “op de gelegenheid”. Dat zegt dus weinig over hoe je je nu moet kleden.
Is de dresscode casual, gebruik je kleding dan strategisch, ook op een informele bijeenkomst. Bereid je voor op de situatie en weet wie je gastheer of klant is, stem je kleding daarop af. Neem voor de zekerheid altijd een kolbert en das mee, zodat je je op het laatste moment kan aanpassen. Kleed je dus sportief en zeker niet te formeel (dress) maar vermijd de “zaterdag-look”, dus geen jeans, t-shirt en sneakers! En verder… blijf jezelf.
Dressual (sophisticated casual)
Dressual is meer een modebeweging dan een dresscode. Een nieuw fenomeen in de mode wat zich beweegt op het brede vlak tussen dress en casual.
Voorbeelden hiervan zijn een jeans in combinatie met een jasje, een linnen pak (zonder das) of een sportief hemd met jasje.
Kortom, casual en formele kledingstukken worden met elkaar gecombineerd. Ook hiermee geldt, net als bij casual, pas je aan aan de situatie.
Tenue de Ville (Kleding voor de dag)
Dit wordt vaak als dresscode aangegeven bij huwelijken.
De vrouw draagt een jurkje of rokje op of over de knie.
De man een pak met overhemd en das en geklede schoenen.
Vest mag maar hoeft niet.
|